Olivier de Berranger

Uit het oog verloren

Op 6 augustus 1979 nam Paul Volcker zijn intrek in zijn nieuwe kantoor in het Marriner S. Eccles Building in Washington. Hij was net benoemd tot voorzitter van de Federal Reserve (Fed), de Amerikaanse centrale bank, met een duidelijke missie: de inflatie bestrijden. In dat jaar was deze in de Verenigde Staten ruim 13% en zou ze zich uitbreiden naar de hele westerse wereld.

Volcker, die beïnvloed was door het gedachtegoed van de Chicago School en Milton Friedman, had een eenvoudig recept: de rente verhogen tot ruim boven het inflatiepeil, waardoor de “reële” kosten van schulden onbetaalbaar werden, en de opgaande spiraal van de prijzen/loonstijging werd doorbroken. Dit paardenmiddel, dat het rentepercentage van de Fed in maart 1980 naar 20% deed stijgen, zou in 1982-1983 een ernstige recessie veroorzaken. Het zou er ook voor zorgen dat de inflatie vanaf 1983 naar ongeveer 3% daalde. De inflatie was beteugeld en, belangrijker nog, bedrijven en huishoudens waren in hun beleggings-, koop- of spaargedrag ervan overtuigd dat de centrale bank de touwtjes in handen had.

Nu heerst er twijfel, maar langs een andere kant. Hoewel de Europese Centrale Bank (ECB) streeft naar een inflatie van bijna 2,0% op jaarbasis, is dit percentage -op voedsel en energie na – sinds 2002 niet meer gehaald. Erger nog, al sinds tien jaar is de gemiddelde prijsstijging amper hoger dan 1%. Hetzelfde is zichtbaar in de Verenigde Staten, hoewel dit land al tien jaar lang onafgebroken groei beleeft, samen met een historische daling van de werkloosheid. Maar wat is er allemaal niet verteld over het risico van uit de hand lopende inflatie die het gevolg zou zijn van het onconventionele beleid van alle centrale banken na de grote crisis van 2008!

De wereldwijde concurrentie, Chinese overinvesteringen, globalisering van handel, automatisering en robotisering, de vergrijzing in de westerse wereld en de zwakke loononderhandelingspositie zijn allemaal factoren die de aanhoudende futloosheid van de prijsdynamiek verklaren[1].

Zou de inflatie definitief verdwenen zijn? Dat is wat de obligatiemarkt lijkt te geloven, aangezien bijna 50% van het historisch zeer hoge aandeel Europese staatsobligaties een negatief rendement oplevert. Op mondiaal niveau vernietigen zelfs 10.000 miljard staatsobligaties dagelijks kapitaal. Ook al is een onmiddellijke en abrupte herstart van de inflatie uitgesloten, toch lijkt het riskant om al je spaargeld in berooide staten te investeren.

Terwijl het seizoen van de publicatie van bedrijfsresultaten in volle gang is, verdienen de veerkracht en het aanpassingsvermogen van ondernemingen verdere aandacht. Zelfs nu krap 30% van de Europese bedrijven hun cijfers over het eerste kwartaal[2] hebben gepubliceerd, overtreft ongeveer de helft ervan de winst- en/of omzetverwachtingen. Een bestendigere groei en prijsstijgingen zouden dit beeld nog mooier hebben gemaakt. De terugkeer naar een redelijke inflatie, meer volgens de norm, zou voor bedrijven geen slecht nieuws zijn.

Eén ding is zeker: op de dag dat de inflatie weer de kop opsteekt, is de aandelenbelegger op de lange termijn beter beschermd dan de belegger in staatsobligaties, die zich zal afvragen hoe hij zo blind heeft kunnen zijn om minimale langetermijnrendementen te accepteren.

                                                                                                                                                            Olivier de Berranger

[1] Waarom blijft de inflatie in de wereld zo laag?, Trésor-Eco, oktober 2017
[2] JP Morgan Cazenove, 26 april 2019