Eeuwige besluiteloosheid

In de weken voor de Amerikaanse presidentsverkiezingen hadden de beleggers alleen maar oog voor de Mexicaanse peso, waarvan de koers op- en neerging naarmate de kans dat de outsider Donald Trump het zou halen kleiner of groter werd geacht. Nu de verkiezingskoorts de Atlantische Oceaan heeft overgestoken en Frankrijk heeft bereikt, is het de spread tussen Frankrijk en Duitsland, het renteverschil tussen Duitse en Franse staatsobligaties met dezelfde looptijd, die angstvallig in de gaten wordt gehouden.

In 2016 bleef dit verschil beperkt, schommelend rond 35 basispunten. De waakzaamheid en het activa-aankoopprogramma van Mario Draghi boden voldoende weerstand tegen het oplopen van de spread. De verrassende uitslag van de Amerikaanse verkiezingen heeft dit evenwicht echter grondig verstoord. Want als de Amerikanen Donald Trump tot president hadden verkozen, waarom zouden de Fransen dan niet voor Marine Le Pen kiezen? Dat zij er nooit een geheim van heeft gemaakt dat ze uit de eurozone wil stappen was voldoende reden tot ongerustheid op de markten. Zo werd “de spread van Frankrijk stijgt” in korte tijd een veelgehoorde uitspraak op de beursvloer…

Begin 2017 kwam dit proces in een stroomversnelling door de affaire-Pénélope. Het fameuze renteverschil begint voor de markten een echte obsessie te worden: tegenwoordig hoef je niet meer te spreken over “de spread tussen Frankrijk en Duitsland”, iedereen begrijpt meteen waarover het gaat als je het over “de spread” hebt. Deze indicator slingert heen en weer op het ritme van lokale politieke nieuwsfeiten: de mogelijkheid van een toenadering tussen Benoît Hamon en Jean-Luc Mélenchon deed de spread stijgen tot bijna 80 basispunten, om vervolgens 5 basispunten terug te vallen nadat François Bayrou zijn steun aan Emmanuel Macron betuigde. Plaaggeesten zouden erop kunnen wijzen dat dit de eerste keer is dat François Bayrou de markten doet bewegen…

Maar het is goed om even in de tijd terug te keren: aan het begin van de jaren 90 werd Frankrijk beschouwd als een belegging met een beduidend hoger risico dan Duitsland. De inspanningen die werden geleverd om de eurozone op te richten en vervolgens de daadwerkelijke invoering van de gemeenschappelijke munt zorgden ervoor dat de spread in het begin van de 21ste eeuw zeer stabiel bleef, rond een niveau van 0,15%. De crisis van 2008, en dan vooral de vrees voor het uiteenvallen van de eurozone op het hoogtepunt van de Griekse crisis, stak echter opnieuw stokken in de wielen, met een piek tot 190 basispunten in november 2011. Zelfs op het huidige niveau van 60 basispunten is de spread tussen Frankrijk en Duitsland dus nog ver verwijderd van een doemscenario. Het wijst er gewoon op dat de markten, net zoals de gokkantoren, de extreemrechtse kandidate 25% kans geven om de verkiezingen te winnen.

Wat staat er ons in dat geval te wachten? Zonder ons al te ver te wagen in de wereld van de politieke fictie, kunnen we met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid voorspellen dat beleggers massaal zouden vluchten uit de Marineblauwe Franse schuld. De Europese Centrale Bank zou de stijging van de renteverschillen op korte termijn wellicht kunnen beperken, maar haar slagvaardigheid zou ernstig worden beknot door de benoeming van een president die de euro liever kwijt dan rijk is.

Dit mag dan niet het meest waarschijnlijke scenario zijn, toch moet er rekening mee worden gehouden in het beheer van uw fondsen. Tenzij de kansen van de kandidaten van extreme partijen plots sterk slinken, zullen de beleggers tot in mei de beursthermometer koortsachtig in de gaten blijven houden. Ze zouden nochtans moeten weten dat de antistoffen en andere natuurlijke verdedigingsmechanismen van de wereld waarin ze leven altijd aan het werk zijn. Wedden dat de koorts weer even snel zal dalen als dat ze opgekomen is, zodra de nieuwe politieke realiteit een feit is? We moeten van deze momenten profiteren om beleggers met een langetermijnvisie te blijven, geleid door het gezond verstand en een helder inzicht in het potentieel van bedrijven.

“En toch beweegt ze.”*

Didier Le Menestrel

* “E pur si muove!”, dat zou Galileo Galilei op 22 juni 1633 hebben gemompeld nadat hij voor de Inquisitie werd gedwongen zijn theorie dat de aarde rond de zon draait af te zweren.