The day after

Zonder die laatste rally op de dag vóór het referendum zouden de markten beter zijn voorbereid op wat komen zou. Maar toen de aandelenmarkten afgelopen donderdag (23 juni) met 2% stegen, leek er geen twijfel meer te bestaan. De beheerders van hedge fondsen waren ongetwijfeld goed geïnformeerd: het Bremain-kamp zou het gaan winnen. Degenen die niet tot na middernacht waren opgebleven, hoorden pas de volgende ochtend via hun smartphone of op de radio dat het Brexit-kamp de winst had binnengehaald. Wakker worden met een kater zonder een druppel te hebben gedronken; het beloofde een lange dag te worden.

Al meteen bij aankomst op kantoor bleek dat de stresstests gelijk hadden: we zouden op de Europese markten waarschijnlijk 10% moeten inleveren. Het voordeel van “known unknowns”* is dat je je erop kunt voorbereiden. Door crashtests en “what if”-scenario’s uit te voeren, en door al die Engelse termen uit te proberen waarmee de bezorgdheid en de mogelijke schade in cijfers kan worden uitgedrukt. Want in tegenstelling tot het faillissement van de Lehman Brothers stond het Brexit-referendum al twee jaar op de agenda. Het was een geplande gebeurtenis met onbekende uitslag die maar twee gevolgen kon hebben: opluchting of afstraffing op de beurzen.

De afstraffing luidt een periode van “unknown unknowns” in. Alles lijkt mogelijk: andere referendums in Europa, opkomst van populistische partijen, uiteenvallen van de eurozone en zelfs … een stap terug naar het verleden ! Gezien het aantal petities waarmee een nieuw referendum wordt geëist en het feit dat het Verenigd Koninkrijk zo weinig haast heeft om eruit te stappen, zou je bijna denken dat het allemaal één groot misverstand was dat alleen maar zal uitmonden in een bijkomende regeling voor het Verenigd Koninkrijk.

Maar laten we naar de meest waarschijnlijke scenario’s kijken. Vele mogelijkheden zijn de revue gepasseerd: het Zwitserse model, het Noorse model, het Canadese model enz. Alle teksten en verdragen die het Verenigd Koninkrijk als voorbeeld zouden kunnen dienen om de relatie met de Europese Unie vorm te geven, zijn uitgepluisd. Het aantal mogelijkheden is onbeperkt. We lezen natuurlijk hier en daar schattingen over de gevolgen van de nieuwe situatie voor de Britse of Europese groei, maar er is veel onzekerheid: voor de Britse groei lopen de voorspellingen uiteen van -0,25% tot -2,50% per jaar!

Bovendien blijven degenen die de schattingen doen zeer voorzichtig. Je voelt dat ze niet zeker van hun zaak zijn. We moeten voortaan op zicht navigeren en ons vastklampen aan tastbare informatie – de bedrijfsresultaten bijvoorbeeld – en beseffen dat er geen man overboord is: Zwitserland en Noorwegen redden zich prima zonder lidmaatschap van de EU. Het enige dat we eigenlijk zeker weten is dat dit referendum op korte termijn negatieve gevolgen zal hebben voor het Verenigd Koninkrijk. Het inroepen van artikel 50 en de twee jaar durende onderhandelingen zullen de Britse economie op korte termijn onder druk zetten. Maar wie weet hoe de situatie er over 10 jaar uit zal zien? De geschiedenis moet nog worden geschreven.

En we moeten ons er misschien wel bij neerleggen dat we de geschiedenis van Europa voortdurend moeten herschrijven, strevend naar een ideaal dat we nooit zullen bereiken, met in het achterhoofd deze definitie van Milan Kundera: “Een Europeaan is iemand die de nostalgie van Europa in zich draagt.” We voelen ons vandaag bijzonder Europees.


* « There are known knowns. These are things we know that we know. There are known unknowns. That is to say, there are things that we know we don’t know. But there are also unknown unknowns. There are things we don’t know we don’t know. » Donald Rumsfeld