Titanisch gevecht

De brief (1) die Maurice Taylor, President van de onderneming Titan op 8 februari verstuurde naar Arnaud Montebourg, onze minister van Productieherstel, vat de kloof samen tussen het Amerikaanse liberale gedachtegoed en ons nationaal politiek economisch klimaat.

De reguliere aanval van deze Amerikaanse “self-made man” (“vakbonden zijn gek”, “Franse werknemers… discussiëren drie uur en werken drie uur”), is te simplistisch en dualistisch om enthousiast te worden geapplaudisseerd. Toegegeven moet worden dat zijn woorden à propos zijn en de vinger op “zere plek” legt en publiekelijk de taboes in ons mooie land aan de kaak stelt.

Deze brief gaat zonder verbloeming over de werktijd, de houding op het werk, kortom over concreet werken al dan niet productief! In de brief is sprake van werknemers en zaken benoemd, waartoe Franse politici sinds enkele jaren moeilijk in staat waren en de uitzonderlijk grote verschillen in salarissen tussen de geïndustrialiseerde landen zoals Frankrijk en andere landen zoals China en India die razendsnel groeien.

De baas van Titan zou voor zijn openheid gefeliciteerd dienen te worden, want deze feiten worden bijna nooit genoemd. Hypocrisie? Weigering om de realiteit onder ogen te zien? De feiten liggen op tafel: het is vandaag in Frankrijk uiterst moeilijk de fundamentele keuzes ten gunste van de mondialisering te bestrijden en op objectieve en collectieve wijze de consequenties van deze keuzes aan te snijden. De reflectie over deze thema’s blijft de zaak van specialisten en leiden vaak tot een ideologische of partijpolitieke confrontatie ten koste van logische overleggingen.

Wij hebben de indruk dat in Frankrijk de politieke partijen meer dan elders zich boven organisaties, eisen en het “gezond verstand” stellen die de oriëntatie van ondernemingen en de economie efficiënt zouden kunnen ondersteunen.

Xavier Fontanet (ex president van ESSILOR) heeft zich hierover op zijn manier verbaasd in een recent forum gepubliceerd in Les Echos(2): een wetsvoorstel dat voortvloeit uit een positieve bereidheid van de overheid het overleg tussen aandeelhouders, ondernemers en werknemers in de onderneming te bevorderen beoogt aan de vertegenwoordigers van het personeel die deelnemen aan de raad van bestuur stemrecht te geven.

In zijn onweerlegbare logica als voormalig ondernemer, stelt ook de heer Fontanet de vragen die overeenkomen met de woorden van onze Amerikaanse provocateur: tot hoe ver kan de Overheid zich mengen in de courante bedrijfsvoering van een onderneming waarin zijzelf niet belegd heeft? Is het stemrecht niet de tegenhanger van een financieel risico, dat persoonlijk genomen wordt door de aandeelhouder en niet door de werknemer? En waarom worden werknemersspaarplannen tegelijk belast? Feitelijk dus kwesties over de rol van de Overheid en het nut van haar bemiddelingen, logische en praktische vragen waarop jammer genoeg op korte termijn geen bevredigende antwoorden kunnen worden gegeven…

Laten we voorlopig genoegen nemen met deze spitse opmerking van de heer Fontanet die zijn betoog als volgt eindigt: “Hoewel wij kunnen betreuren dat werknemers onvoldoende vertegenwoordigd zijn in raden van bestuur, is het ook jammer dat niet genoeg ondernemers deel uitmaken van de regering. Waarom zou zolang het nog mogelijk is in deze wet met het oog op een noodzakelijke symmetrie, de aanwezigheid op woensdag in de ministerraad niet opgenomen worden van twee ondernemers, één die kleine lokale ondernemingen en de andere die grote mondiale ondernemingen vertegenwoordigt? Het is altijd wijs op zichzelf toe te passen wat men aan anderen oplegt. “

We zijn niet zeker een antwoord van de heer Montebourg op dit mooie voorstel te ontvangen…

Didier LE MENESTREL
in samenwerking met Bruno BERTEZ(3)

1 Les Echos heeft op 19-02-2013 een vertaling gepubliceerd op haar website
2 Les Echos op 21-02-2013
3 Oprichter van de La Tribune en redacteur van leblogalupus.com